wat2

WAT

De buurt van Turnhout wordt in dit project grondig onder de loep genomen door middel van een buurtanalyse. Enerzijds wordt de huidige werking geanalyseerd om de praktijkwerkers concrete handvatten aan te bieden om nog meer in te zetten op het versterken van de sociale cohesie in de buurt en het verhogen van de leefbaarheid. Anderzijds willen we de werkzame factoren detecteren en deze bundelen zodat de stad Turnhout die kan meenemen in andere buurten.

doel2

DOEL

Het doel is om meer verbondenheid te creëren in de kwetsbare buurt rond het station van Turnhout.

De stad Turnhout ondernam al verschillende stappen om rond de Merodelei en het Merodecenter een buurtwerking uit te bouwen om de sociale cohesie te versterken. Zo werden er al verschillende initiatieven gerealiseerd, zoals een spelotheek, het opzetten van de buurtwerking ’t Geburt, activiteiten zoals koffie en papieren…

Om nog beter te kunnen inzetten op het versterken van de sociale cohesie en de leefbaarheid in de buurt, is het belangrijk om te weten wie en wat er leeft. Daarom wordt een buurtanalyse opgemaakt. Die geeft een duidelijk beeld van de kwetsbare groepen, maar ook van de kansen en aanknopingspunten in de stationsbuurt.

Concreet wordt er ingezet op ontmoeting, de talenten van buurtbewoners bovenhalen en het versterken van het kleine helpen in de buurt.

 

onze rol2

ONZE ROL

Vonk3 deed een kwantitatieve buurtanalyse met cijfermateriaal dat afkomstig is van de Provincies in Cijfers, de IMA-Atlas en Datawarehouse. Ze gingen cijfers na over de demografie, zorg en gezondheid en het socio-economisch profiel. Uit deze kwantitatieve buurtanalyse concluderen ze dat de stationsbuurt een buurt is met een hoge bevolkingsdichtheid. De meest voorkomende kwetsbare groepen zijn alleenwonenden, ouderen, mensen met een lage socio-economische status (SES) en mensen met een migratieachtergrond.

In de kwalitatieve buurtanalyse voerden ze een diepte-interview uit met 15 kwetsbare buurtbewoners. Ze stelden hen vragen over hoe ze naar hun buurt kijken, wat ze graag doen, wat hun bezighoudt, of ze ’t Geburt kennen… Daaruit blijkt dat de noden, interesses, bezigheden, kijk op de buurt en op de buurtwerking ’t Geburt, verschillen naargelang enkele kenmerken van kwetsbaarheid.

Concreet kunnen we deze indelen in drie groepen:

  • De deelnemers met een hoge SES met een beperkte mobiliteit en nood aan sociale contacten. Het gaat vooral om alleenstaande vrouwen die met pensioen zijn. Deze groep kent ’t Geburt, maar voelt zich niet aangesproken om er naartoe te gaan.
  • De deelnemers met een lage SES voelen zich niet langer thuis in hun buurt. Ze leven in armoede en brengen veel tijd door in hun buurt. Ook bij deze groep is ’t Geburt gekend. Zij vinden dat de activiteiten zich vooral richten op mensen met een migratieachtergrond.
  • De deelnemers met een migratieachtergrond, tot slot, moeten nog voldoen in hun basisnoden. Ze leven veelal in armoede. Hun leeftijd ligt beduidend lager dan bij de andere twee groepen. Ze leven in een parallel netwerk en hebben nog nooit gehoord van ’t Geburt.

De aanbevelingen zijn geïnspireerd op de vijf krachtlijnen van sterk sociaal werk en toegespitst op de lokale context in de Turnhoutse stationsbuurt. Nabijheid, generalistisch sociaal werk en verbindend werken zijn de centrale aanbevelingen.

 

 

onderzoekers2

ONDERZOEKERS

Leen Heylen

Dorien Gryp

duur2

DUUR

04/2019-12/2019

 

Partners

Ondersteund door

interreg north sea

Contact

Leen Heylen

leen.heylen@thomasmore.be

+32 14 74 06 41